39. Evolutie van een wereldbeeld

De kantelaar kantelt over kenteringen en wendingen. Met boodschappen van goede veranderingen, van binnen naar buiten, op de goede kant van de tuimelende as. Ze brachten de mens terug in een nieuw oorspronkelijk verband. Met meer vrije loop komt het wel goed, dan gaat het water stromen. De circulaire vreugde van korte duur.

Conglomeraten storten neer als vliegtuigen in woeste steden. Als parken en woestijnen groter worden, oceanen smeulen, moerassen tegen dijken klimmen, van zoet naar brak. Stofstormen in weerberichten, orkanen van onaantastbaar maïs meezeulend.

Wereldbeelden vol uiteenlopende belangen slaan aan gruzelementen in de wirwar van verwarring, ijsbergen keren om, geen pauzeknop voor de visie, het beeld tuimelt, cirkelt en spiraalt in een hallucinatie van realiteit. Blauw, reset het geheugen.

En achter de heuvel zong een orkest een parade van overvloed. Niemand die het horen kon, niemand voelde het aanzwengelen. Het werd alsmaar meer, zoals Jezus vijf broden en twee vissen verdeelde over het volk.

Op de top stonden heiligen met hun scepter en keken glimlachend neer op de massa. Ineens kwam De Veelvuldige Grootheid de heuvel afrollen met geaccelereerde snelheid. Miljarden doken ineen, hielden zich krampachtig klein. Na manen kwamen zij overeind, voelde meer gemak als een klein kind, keken met verwondering van jeugd, boden ontzag voor de nieuwe heiligen en de zonen; Profeet Kurzweil, apostel Yudkowsky, koorknaap Van Geest.

Een nieuw evenwicht, een nieuwe wereld van lasten en lusten. Geen adapatie in fasen maar verscheurend, verschroeide aarde. Dat hortend en stotend zich met nieuw leven uit de aarde wurmt, super gecultiveerd, zo mooi, zo onoverwinnelijk dan te vluchten…

Plaats een reactie